Belastingmaatregelen corona verlengd

Belastingmaatregelen corona verlengd

Nederland is helaas nog niet uit de coronacrisis. Het kabinet heeft een aantal fiscale coronamaatregelen verlengd. Het gaat onder meer om verlenging van het bijzonder uitstel van betaling, verruiming van de vrije ruimte in de werkkostenregeling, verlaging van het gebruikelijk loon van de DGA, versoepeling van de administratieve verplichtingen in de loonheffingen en versoepeling van het urencriterium.

Bijzonder uitstel van betaling
U kunt het bijzonder uitstel nog aanvragen of verlengen tot en met 30 juni 2021. Met bijzonder uitstel hoeft u tot 1 juli 2021 verschillende belastingen nog niet te betalen. En u krijgt van 1 oktober 2021 tot 1 oktober 2024 de tijd om de belastingschuld af te lossen die u opbouwt tijdens uw bijzonder uitstel.

Hebt u al verlenging van uw bijzonder uitstel aangevraagd en gekregen? Dan hoeft u nu niets te doen. Voor u geldt het bijzonder uitstel automatisch tot 1 juli 2021. Hebt u eerder 3 maanden bijzonder uitstel gekregen, maar nog geen verlenging aangevraagd? Dan kunt u dat tot en met 30 juni 2021 alsnog doen.

Kiest u ervoor om uw bijzonder uitstel van 3 maanden niet te verlengen? Dan moet u na de laatste dag van uw bijzonder uitstel de belastingen waarvoor u uitstel had weer op tijd betalen. Doet u dit niet? Dan kunt u niet gebruikmaken van de betalingsregeling van 36 maanden die start op 1 oktober 2021. En moet u uw belastingschuld al vóór die datum aflossen.

Hebt u nog geen bijzonder uitstel aangevraagd en is uw bedrijf door de coronacrisis alsnog in betalingsproblemen gekomen? Vraag dan zo snel mogelijk bijzonder uitstel aan. U krijgt dan 3 maanden uitstel van betaling. Krijgt u ná 1 april 2021 voor de 1e keer bijzonder uitstel? Dan geldt het uitstel tot 1 juli  2021.

Versoepeling urencriterium
Bent u ondernemer voor de inkomstenbelasting? Voor bepaalde aftrekposten (zoals de zelfstandigenaftrek, de meewerkaftrek en de oudedagsreserve) moet u voldoen aan het urencriterium. Dat houdt in dat u ten minste 1.225 uren per kalenderjaar besteedt aan werkzaamheden voor uw onderneming. Door de coronacrisis kunt u in 2021 misschien niet voldoen aan dit criterium. En dan zou u niet meer gebruik mogen maken van de aftrekposten.

Om dit risico te beperken, mag u er voor uw aangifte inkomstenbelasting voor de periode van 1 januari 2021 tot en met 30 juni 2021 van uitgaan dat u in die periode ten minste 24 uur per week aan uw onderneming hebt besteed. Ook als u dat niet werkelijk hebt gedaan.

Bent u (deels) arbeidsongeschikt? Dan geldt voor de startersaftrek bij arbeidsongeschiktheid een urencriterium van 800 uur per kalenderjaar. In dat geval mag u er voor uw aangifte inkomstenbelasting van uitgaan dat u in die periode ten minste 16 uur per week aan uw onderneming hebt besteed.

Bent u een seizoengebonden ondernemer? En ligt de piek van uw werkzaamheden normaal juist in de periode van 1 januari 2021 tot en met 30 juni 2021? Dan mag u ervan uitgaan dat u in 2021 in deze periode evenveel uren hebt gewerkt als in 2019. De uren over 2019 moet u wel aannemelijk kunnen maken.

Verruiming vrije ruimte
U mag onder de werkkostenregeling een gedeelte van uw fiscale loon besteden aan onbelaste vergoedingen, verstrekkingen en terbeschikkingstellingen voor uw werknemers. Dat is de vrije ruimte. De vrije ruimte over uw fiscale loon tot en met € 400.000 is in 2020 en 2021 verhoogd van 1,7% naar 3%. Dit biedt u, als u daarvoor de financiële ruimte hebt, de mogelijkheid om uw werknemers in deze moeilijke tijd extra tegemoet te komen, bijvoorbeeld met een bloemetje of een cadeaubon. Over het bedrag van de loonsom boven € 400.000 blijft de vrije ruimte in 2020 1,2% en in 2021 1,18%.

Verlaging gebruikelijk loon
Voor aanmerkelijkbelanghouders (DGA’s) geldt de gebruikelijkloonregeling. Deze regeling bepaalt hoe hoog het loon van de aanmerkelijkbelanghouder minimaal moet zijn. Over dat bedrag houdt u loonheffingen in, ook als uw onderneming minder of geen omzet behaalt. Hebt u als gevolg van de coronacrisis te maken met een omzetdaling? Dan mag u voor uw aangiften loonheffingen over 2021 en 2020 het gebruikelijk loon lager vaststellen.

Wilt u in 2021 en 2020 gebruikmaken van de verlaging, dan moet u wel aan de volgende voorwaarden voldoen:

  • De rekening-courantschuld of het dividend mag niet toenemen als gevolg van het lagere gebruikelijk loon.
  • Als de aanmerkelijkbelanghouder in werkelijkheid een hoger loon heeft gehad dan het toegestane lagere loon, dan geldt dat hogere loon.
  • Als uw omzet in 2019, 2020 of 2021 is beïnvloed door bijzondere zaken, zoals een oprichting, staking, fusie, splitsing of bijzondere resultaten, dan heeft dat geen invloed op de toegestane verlaging.
  • Extra voorwaarde in 2021:
    Wilt u in 2021 gebruikmaken van de verlaging, dan moet u in 2021 ten opzichte van 2019 een bepaald omzetverlies hebben geleden. Hoe groot dit omzetverlies moet zijn, is nog niet vastgesteld.

Versoepeling administratieve verplichtingen loonheffingen
Door het voorgeschreven thuiswerken en het houden van 1,5 meter afstand kunt u in deze periode misschien niet voldoen aan alle administratieve verplichtingen voor de loonheffingen. In dat geval verbindt de Belastingdienst daar nu geen consequenties aan. U moet deze administratieve verplichtingen dan wel alsnog nakomen zodra dit weer kan. Deze maatregel geldt in ieder geval tot en met 30 juni 2021.

Een voorbeeld: Het kan zijn dat u de identiteit van uw werknemer nu niet kunt vaststellen aan de hand van een origineel identiteitsbewijs. Normaal gesproken moet u voor deze werknemer dan onder andere het anoniementarief van 52% toepassen. Dat hoeft u in deze periode niet te doen als u de identiteit van de werknemers alsnog op de juiste manier vaststelt zodra de situatie het weer toelaat.

 

Reiskostenvergoeding tot 1 april 2021
Hoe wordt omgegaan met de vaste (reis)kostenvergoeding en thuiswerken vanwege het coronavirus? Tussen werkgever en werknemer zijn vaak afspraken gemaakt over vaste vergoedingen. Bijvoorbeeld voor de reiskosten van en naar werk of een lunchvergoeding. Door de coronacrisis werken mensen zoveel mogelijk thuis en hebben zij minder (reis)kosten. Het kabinet heeft besloten dat thuiswerken door de coronacrisis geen invloed heeft op de vaste (reis)kostenvergoeding. Als werkgever hoeft u de vaste vergoeding niet aan te passen.

Tot 1 april 2021 mag u blijven uitgaan van het (reis)patroon waarop de vergoeding was gebaseerd. Voorwaarde hierbij is wel dat het recht op de vaste vergoeding vaststond op uiterlijk 12 maart 2020.

Tip: Bij de mogelijkheid het DGA-loon te verlagen, geldt voor 2021 een andere berekeningswijze. Ook geldt een minimale omzetdaling ten opzichte van 2019. De hoogte hiervan is op dit moment helaas nog niet bekend. We adviseren u graag over toepassing van de fiscale coronamaatregelen.